Het Raadgevend Comité voor de postdiensten werd opgericht binnen het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie door de artikelen 138 en 139 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.

De artikelen 41 en 44 van de wet van 17 januari 2003 met betrekking tot het statuut van de regulator van de Belgische post- en telecommunicatiesector, bepalen dat de artikelen 138 en 139 van de wet van 21 maart 1991 opgeheven zullen worden en dat de artikelen 8 tot 12 van de wet van 17 januari 2003 – die in de oprichting van een Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie voorzien – pas bij de aanneming van het koninklijk besluit bedoeld in artikel 8 van de zelfde wet van 17 januari 2003 in werking zullen treden.
 
Tot nu toe werd dat koninklijk besluit nog niet aangenomen.
Bijgevolg vormen de artikelen 138 en 139 van de wet van 21 maart 1991 tot op heden nog de wettelijke basis van het Raadgevend Comité voor de postdiensten.

Artikel 139, tweede lid van de voormelde wet van 21 maart 1991, bepaalt: "de Koning bepaalt bij in Ministerraad overlegd besluit de samenstelling en de werkwijze van dit Comité."
Het Raadgevend Comité werkt dan ook op basis van het koninklijk besluit van 5 maart 1992 betreffende de samenstelling en de werking van het Raadgevend Comité voor de postdiensten, genomen ter uitvoering van de wet van 21 maart 1991.

Met uitzondering van de voorzitter die door de Koning wordt benoemd, worden de leden van het Raadgevend Comité benoemd door de minister.

Het Raadgevend Comité voor de postdiensten is bevoegd om – hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van de minister of van het Instituut – aan de minister of aan het Instituut adviezen te verstrekken over alle vragen die betrekking hebben tot de postdiensten.
Het Raadgevend Comité voor de postdiensten publiceert op zijn website een jaarverslag over zijn activiteiten en over de evolutie van de postdiensten.

De adviezen van het Raadgevend Comité voor de postdiensten worden collegiaal goedgekeurd. De afwijkende meningen worden vermeld achter de adviezen.

De werkingskosten van het Raadgevend Comité voor de postdiensten komen ten laste van het Instituut.

Het Instituut verzorgt het secretariaat van het Raadgevend Comité voor de postdiensten.